Big Game: back to the 80s en 90s

De jaren 80 en 90 van de vorige eeuw zijn de decennia die mij als mens het meest gevormd hebben. Ik vind het daarom niet gek dat ook de films uit deze periode mij het dichtst aan het hart liggen. Filmiconen als E.T., Indiana Jones en The Terminator kennen hun oorsprong in deze gloriejaren van het nieuwe Hollywood, evenals de juweeltjes Se7en, The Usual Suspects en The Shawshank Redemption. Ook het veelvuldig door mij aangehaalde begrip High Concept (film als multimediaal merk) stamt uit deze tijd waarin powerhouse producers als Don Simpson en Jerry Bruckheimer oppermachtig waren.

Groots spel

Twee jaar geleden kochten wij op een filmbeurs in Berlijn de film Big Game. Op het moment van acquisitie was er niet meer dan een script, de regisseur en de beoogde hoofdrolspeler bekend, maar eigenlijk wist ik bij de briljante logline (de film uitgelegd in één zin) al genoeg: “Air Force One wordt boven Finland neergehaald door terroristen en de president van Amerika moet in de bossen zien te overleven met hulp van een jongetje dat daar net aan het jagen is.” Een fantastisch gegeven, lekker tongue-in-cheek en met een vette knipoog. Helemaal als je weet dat de president gespeeld gaat worden door Samuel L. Jackson. Met ‘Big Game’ wordt in het verhaal dan ook ‘groot wild’ bedoeld. Het jochie dat zich in de bossen bevindt op het moment dat Air Force One daar neerstort, is er omdat hij midden in een Fins overgangsritueel zit. Om te bewijzen dat hij niet langer een jongen maar een man is, wordt hij door zijn vader in z’n eentje het bos in gestuurd om te jagen. De bedoeling is dat hij terugkomt met een zo groot mogelijke jachttrofee. De man achter dit geweldige idee bleek de Finse filmmaker Jalmari Helander, die ik al kende van zijn al net zo slim gevonden debuut Rare Exports, een film over kwaadaardige Kerstmannen.

Warme liefdesbrief

Het kopen van een film op scriptbasis brengt altijd een inherent risico met zich mee. Hoe geweldig een idee op papier ook is, de uiteindelijke film kan om allerlei redenen toch tegenvallen. Dat kan hele duidelijke oorzaken hebben, zoals het uitvallen van een regisseur of acteur, maar soms ‘werkt’ een idee dat zo goed leek op papier simpelweg niet in de praktijk. Het tegendeel bleek echter waar in het geval van Big Game. Toen ik enkele maanden geleden op het filmfestival van Toronto eindelijk kon zien wat we gekocht hadden, maakte mijn filmhart een sprongetje van geluk. Helander laat duidelijk zien dat hij, net als ik, een kind van de eighties en nineties is en schrijft met Big Game een hele warme liefdesbrief aan de grootste actiefilms van deze decennia.

Filmmaker van formaat

Los van zijn liefde voor het genre laat Helander ook duidelijk zijn capaciteiten als filmmaker zien. De film, die werd gemaakt voor een hele bescheiden 10 miljoen dollar, ziet er uit als een productie die minimaal het vijfvoudige heeft gekost. Het zou mij niets verbazen als Marvel Studios binnenkort bij hem aanklopt voor de verfilming van een van hun properties. Helanders meest in het oog springende referentiekader voor Big Game is natuurlijk Die Hard. Deze ‘Moeder Aller Actiethrillers’ bracht de afgelopen jaren talloze geesteskinderen voort, waarmee een heus sub genre ontstond. Dus na Cliffhanger (Die Hard op een berg), Speed (Die Hard in een bus) en Under Siege (Die Hard op een boot), hebben we nu Big Game; Die Hard in het bos!

Big Game draait vanaf 7 mei in de Nederlandse bioscopen.